Architect aan het woord
Dick van der Harst is vanaf het eerste uur betrokken bij Wateringse Veld. Hij gaf leiding an het team stedenbouwkundigen en planologen dat de structuur van de wijk heeft ontworpen. Sinds 1996 is hij directeur van de Ontwikkelingscombinatie Wateringse Veld, het samenwerkingsverband van de gemeente Den Haag en Bouwfonds Woningbouw.
‘Wanner je zo lang en zo intensief met en nieuwe wijk bezig bent, wordt het its van jezelf. Wateringse Veld is voor de medewerkers van de Ontwikkelingscombinatie als een kind waar we trots op zijn en waar we geen verkeerd word over willen horen. Je ziet de wijk groeien van een schetsontwerp tot echte straten met huizen war mensen wonen. In gedachten loop je door buurten die alleen nog op papier bestaan en probeer je je een voorstelling te
maken hoe bewoners zo’n buurt zullen ervaren. En stedenbouwkundige kan geen mooiere opdracht krijgen dan een compleet nieuwe stadswijk te ont-
werpen. Maar daar moet wel bij worden gezegd dat we en uitgebreid programma van eisen hebben meegekregen. De gemeenteraad heft het totale aantal woningen bepaald en de verhouding eengezinswoningen en appartementen (80%-20%) en de verhouding koop-huur (70%-30%).
Daarmee lag het karakter van de wijk in grote linen vast. Van belang was ok het besluit om alleen buurtvoorzieningen te bouwen en geen voorzieningen voor de hele stad. De wijk ligt dicht bij de centra van Den Haag, Wateringen en Rijswijk. Middelbare scholen, culturele instellingen en grote winkelcentra zijn in de directe omgeving te vinden. Daardoor was het niet mogelijk om buurten te verlevendigen met grote bovenwijkse functies. We hebben op andere
manieren toch kunnen zorgen voor voldoende variate en contrasten in de wijk. De levendigheid van Wateringse Veld komt vooral tot uitdrukking in de
diversiteit an buurten en de veelzijdige architectuur. De wijk bestaat uit acht buurten met alle een eigen karakter. Ze worden van elkaar gescheiden door dijken, straten en landwegen die al sinds mensenheugenis door het gebied lopen. Deze oude linten zijn als het ware vergroot en opgerekt. Ze vormen de kern van nieuwe parken, waterpartijen en groenzones. Als wijk is Wateringse Veld een eenheid, maar tussen de buurten bestaan grote verschillen.
Tijdloze kwaliteit is en mooie omschrijving voor de architectuur in Wateringse Veld. We hebben niet de intentie gehad om de voorpagina’s
van architectuurbladen te halen met in het oogspringende schuine gevels of gewaagde combinaties van mate. rialen. De woningen hebben een van.
zelfsprekende en algemeen gewaardeerde schoonheid. Het is meer ingetogenheid dan spektakel. In de buurt Erasmus Veld is nadrukkelik wel
ruimte voor experimentele ontwerpen. Voor het overige is Wateringse Veld toch vooral en Haagse woonwijk in de beste traditie: rustig, degedlijk, soms een tikje deftig, dan weer uitgesproken modern. Wonen op stand, maar dan wel binnen ieders bereik ongeacht het inkomen. We bouwen dure, middeldure en relatief goedkope huizen. Daarmee krijgt de wijk niet alleen een diversiteit aan buurten en woningen, maar ook aan bewoners.
Een sterk punt vind ik de zorgvuldige en subtiele detailleringen in het plan. Dat geldt bijvoorbeeld voor de kunstprojecten. Meestal wordt achteraf als
een wijk al bijna klaar is nog een plek gezocht voor een beeld of een andersoortig kunstwerk. We hebben dat anders aangepakt. De beeldende
kunst heft een volwaardige plaats binnen het ontwerp. Al in een vroege fase hebben we kunstenaars uitgenodigd mee te denken over de plannen.
Een van de projecten is het Bomenmuseum van herman de vies*. De kracht hiervan is dat het op uiteenloPende manieren kan worden beleefd en gewaardeerd. Het Bomenmuseum heeft te maken met kunst, maar ook met natuur, historie en landschapsarchitectuur. Bewoners die zich weinig interesseren voor kunst, kunnen er via een andere invalshoek toch veel plezier aan beleven. Net als met de kunst hebben we geprobeerd op meer terreinen iets bijzonders te doen. In elke buurt zijn boven op de standaardmilieueisen extra maatregelen genomen.