8 december, 07:00•4 minuten leestijd
© ANP
DEN HAAG – Het zijn vragen die veel mensen op dit moment bezighouden. Hoe verwarm ik straks mijn huis op een duurzame manier? Hoe kan ik nog lekker warm blijven douchen? Hoe ga ik over een paar jaar koken? De gemeente Den Haag geeft de inwoners die met die kwesties worstelen vanaf nu meer duidelijkheid over een toekomst zonder gas. ‘We weten nog niet alles’, geeft wethouder Arjen Kapteijns eerlijk toe. Maar toch: in grote lijnen kan hij al wel aangeven in welke wijken wat staat te wachten.
Een ‘warmtevisie’ heet het plan dat de wethouder deze woensdag op een bijzondere plek presenteerde. De oudste nog in gebruik zijnde energiecentrale van Nederland, aan het De Constant Rebecqueplein. Hier begon de gemeente Den Haag in 1906 zelf met het opwekken van elektriciteit. Tegenwoordig wordt hier door het bedrijf Uniper ook nog warmte geproduceerd. Binnen afzienbare tijd wordt dit bovendien een ‘hub’. De enorme buizen waarmee warm water uit Rotterdam wordt aangevoerd voor WarmtelinQ landen hier aan. Verder komt hier waarschijnlijk nog een aardwarmtecentrale en wil Uniper kijken of het op deze plek ook een aquathermiecentrale kan bouwen. Daarbij wordt ‘gewoon’ grondwater gebruikt voor onder meer verwarming.
Een deel van de Uniper centrale wordt straks een spil in de warmtevoorziening© Omroep West
Een symbolische plek dus om duidelijk te maken dat de gemeente begrijpt dat veel inwoners twijfelen over welke keuze ze moeten maken. ‘Wij proberen nu iets meer duidelijkheid te geven over hoe de stad van het gas af kan’, zegt Kapteijns (GroenLinks, duurzaamheid).
Kansrijke oplossing
In het stuk staat per wijk wat de meer kansrijke oplossing is. Veel naoorlogse delen van Den Haag met veel woningen dicht op elkaar worden aangesloten op nieuwe of bestaande warmtenetten. In Wateringse Veld, Ypenburg en een deel van het Centrum liggen al warmtenetten. In andere stukken van de stad die hiervoor geschikt zijn, worden die nog aangelegd.
Voor een aantal andere delen van Den Haag noemt de gemeente het ‘logisch’ dat een deel van de panden gebruik gaat maken van warmtepompen en een ander deel van warmtenetten. Daarbij gaat het voor om buurten met veel bedrijfsgebouwen en kantoren en plekken waar nieuwe woningen gaan komen.
Iets lastiger
In weer andere stukken van Den Haag is het iets lastiger: de vooroorlogse wijken, zoals Laak, Scheveningen, Segbroek en Haagse Hout. Daar zijn de woningen gemiddeld minder goed geïsoleerd en daarmee minder geschikt om aan te sluiten op warmtenetten. Bovendien staat hier vaak meer een mengeling aan gebouwen. Op kortere termijn is het idee dat bewoners en bedrijven hier vooral goed gaan isoleren, zonnepanelen installeren en op inductie gaan koken. Verder kunnen ze gebruik gaan maken van hybride warmtepompen om zo alvast veel gas te besparen. Op langere termijn worden ook hier warmtenetten aangelegd of moeten ze over op volledige warmtepompen.
Per wijk komen er andere oplossingen om van het gas af te gaan© Gemeente Den Haag
Dan zijn er nog de nieuwe delen van Den Haag, met goed geïsoleerde woningen waarvan de radiatoren of vloerverwarming geschikt zijn om op lage temperatuur te verwarmen. Daarbij gaat het onder meer om Leidschenveen, Wateringse Veld en Vroondaal. Hier wordt ingezet op warmtepompen.
Den Haag staat daarmee aan de vooravond van een enorme operatie, realiseert ook de wethouder zich. Een die alleen maar noodzakelijker is geworden door recente ontwikkelingen, zoals onder meer de oorlog en alle gevolgen daarvan in Oekraïne. Maar, stelt hij, ook daarvoor was al duidelijk dat het anders moest. De klimaatcrisis en de afbouw van de gaswinning in Groningen maken het onmogelijk om op de oude voet door te gaan. ‘De energietransitie is, in combinatie met de klimaatopgave, een van de meest urgente opgaves van deze tijd’, zo staat in het stuk van de wethouder.
Wethouder Arjen Kapteijns in de energiecentrale aan het De Constant Rebecqueplein© Omroep West
De visie leidt er niet toe dat iedereen nu direct al weet wat er moet gebeuren om duurzaam een woning of bedrijf te verwarmen. ‘Maar het is wel een doorkijkje naar wat in 2030 en 2040 de meest voor de hand liggende warmte-oplossing is’, zegt Kapteijns in de enorme, galmende hallen van de Uniper Centrale. ‘Er is nog heel veel maatwerk nodig.’
Waardevol
Tegelijk is het wel waardevol, zegt hij. Want het compleet overstappen naar andere vormen van warmte vraagt vaak om enorme investeringen. Bijvoorbeeld van particuliere verhuurders en woningbouwcorporaties, maar ook van bedrijven die die warmte willen gaan leveren. Die kunnen daar dan nu al rekening mee houden.
En de mensen die dan nu toch al snel in actie willen komen? ‘The big four’, zegt Kapteijns. ‘Een hybride warmtepomp installeren, dat bespaart direct al heel veel gas. Zonnepanelen installeren, op inductie gaan koken en isoleren.’
In Den Haag staan ongeveer 260.000 woningen en 27.000 andere gebouwen. Op dit moment is aardgas nog in negen van de tien woningen en gebouwen de bron voor verwarming, warm water en koken. Ongeveer één op de tien woningen en gebouwen is aangesloten op stadswarmte. Maar ook voor stadswarmte wordt nu aardgas gebruikt en is de overstap naar een schone bron nodig. Van de ongeveer 260.000 woningen zijn er inmiddels al 115.000 volledig op schone energie of voldoende voorbereid op omschakeling. In Duindorp, Transvaal, Spoorwijk en Norfolk in Scheveningen bijvoorbeeld zijn woningen al aangesloten op een systeem van lage temperatuur, warmte en koudeopslag (WKO).